
Afgelopen week kopte een artikel op CIP: ‘Mooi: Psycholoog en bestsellerauteur Jordan Peterson in tranen over geloof in Jezus.’ Eerder had het filmpje al een keer gezien, maar het lukte mij niet om dezelfde conclusie te trekken op basis van wat ik Peterson hoorde zeggen. Gelooft Peterson echt in Jezus als Redder van zijn ziel? Of kwam Peterson misschien tot een vorm van bewustzijn van de christus zoals in New Age en Jungeriaanse psychologie?
Carl Jung (1875-1961) was een Zwitsers psychiater, maar ook esotericus, prominent New Ager of zelfs ‘vader van de New Age beweging’.1 Hoewel de invloed van Jungs denkbeelden (zeker ook op mainstream christendom)2 enorm is, is minder bekend hoe zeer zijn denken verwant is aan New Age religiositeit. En omdat een van de meest fundamentele doctrines in New Age is dat mens in wezen God is, hoeft het niet te verbazen dat dit is wat ook Jung onderwees.
Uit verschillende brieven die door Richard Noll in het boek The Aryan Christ verzameld werden, blijkt dat Jung zich ten doel stelde een religie te vormen die een goed alternatief bood voor het joods christelijk denken; psychoanalyse. ‘Psychoanalyse moest het bewustzijn van de mensheid naar een hoger niveau brengen door een religieuze zienswijze’3 schrijft Noll. ‘Toen Jung fantasieën begon te hebben over het leiden van een beweging die de mensheid spiritueel nieuw leven in zou blazen, eerst door psychoanalyse en daarna met zijn eigen beweging, bleek de levende tegenwoordigheid van Christus in zijn voorouderlijke ziel een onweerstaanbaar model te bieden.’ 4 Door de menselijke ziel ‘Christus’ te noemen, hielden Jungs theorieën een schijn van christelijkheid, terwijl hij God Zoon hiermee wist te reduceren tot een archetype.
Het begrip Christus of Messias is in essentie een Bijbels concept wat niet kan worden gescheiden van Bijbelse beloften en profetieën en dat uitsluitend werd verwezenlijkt in de Persoon van de Here Jezus. Maar Jung wist het begrip Christus te ontdoen van een Bijbelse context. Zijn begrip van het woord Christus was als volgt: ‘Het ‘zelf’ of ‘christus’ is in iedereen a priori aanwezig, maar als regel in een staat van onbewustzijn om mee te beginnen,’5 aldus Jung. ‘Het Christus-symbool is van het grootste belang voor de psychologie in zoverre dat het misschien wel het meest ontwikkelde en gedifferentieerde symbool van het Zelf is, naast het figuur van de Boeddha.’ Jung maakte christus tot een model voor de menselijke psyche, een blauwdruk voor hoe elk mens ‘net als Jezus’ zijn of haar inherente goddelijkheid kan manifesteren.
Hanegraaff concludeert in zijn boek New Age religion and Western culture: ‘Carl Gustav Jung blijkt een directe link tussen de esoterische tradities in de Duitse Romantische Natuurfilosofie en de hedendaagse New Age beweging te zijn. Zijn bijdrage bestond in zijn vermogen om een esoterisch wereldbeeld in psychologische termen te presenteren, waarbij hij een “wetenschappelijk” alternatief bood voor occultisme. Belangrijker nog, niet alleen psychologiseerde hij esoterie, maar heiligde psychologie ook, door het te vullen met de inhoud van esoterische speculatie. Het resultaat was een geheel van theorieën dat mensen in staat stelde over God te praten terwijl ze eigenlijk hun eigen psyche bedoelden, en over hun eigen psyche terwijl ze eigenlijk het goddelijke bedoelden. Als de psyche ‘de geest’ is en God is ook ‘de geest’, dan moet men om het één te bespreken eigenlijk het ander bespreken. Of de oude gnostici er deze gedachten op na hielden valt te betwijfelen; maar dat de New Age beweging dit doet is zeker.’6
Het gevolg hiervan is het ontstaan van een pseudochristus die mensen tot een vorm van verlichting zou brengen maar niet tot verlossing. Het is het christusprincipe dat in elk mens zou bestaan en dat de mens – naarmate men een hogere graad van christusbewustzijn bereikt – tot God zou maken. Deze christus verzoent mensen niet met God de Vader, maar leidt hen tot een godsbewustzijn. Jung schreef: ‘Christus riep uit naar de joden, ‘jullie zijn goden’ (Johannes 10:34); maar mensen waren niet in staat te begrijpen wat hij bedoelde.’7
Bovenstaande schets is een versimpelde weergave van Jungs Christus. Maar het geeft een indruk van hoe lastig deze verwarring van christelijke terminologie met die van New Age kan zijn. Wie met een New Age gelovige praat kan dan zomaar denken dat het over hetzelfde gaat, terwijl de verschillen cruciaal kunnen zijn. Want geen zoektocht naar de tegenwoordigheid van ‘christus in ons zelf’ brengt ons tot God; dat kan alleen de Persoon van de Here Jezus Zelf.
Plaatje: voor New Age gelovigen is Christus symbool voor de verlichte mens, de mens met een godsbewustzijn en de manifestatie van dit bewustzijn.
Lees ook ‘ware zelf of valse christus’ en ‘het ware zelf in nieuwe Bijbels’