Zaaien en oogsten in geloof

Een belangrijke doctrine die door welvaartspredikers wordt onderwezen is de ‘geestelijke wet’ van ‘zaaien en oogsten.’ Napoleon Hill was een prominent leraar in de New Thought beweging,1 een occulte beweging die de voorloper vormt voor New Age.2 Hij geloofde dat de economische crisis in de VS in de jaren dertig van de vorige eeuw het gevolg was van een wereldwijd ‘oogsten zonder te zaaien,’3 refererend aan Galaten 6.7. Hill ontwikkelde principes om rijk te worden door ‘te zaaien’ en zijn principes werden overgenomen door bekend welvaartsprediker Oral Roberts.4 Op zijn beurt leverde Oral Roberts een grote bijdrage aan het verspreiden van deze leer in de kerk. Hij onderwees dat ‘de goddelijke wet van de zaaier en de oogst’ door God werd ingesteld in Genesis 8.22. Roberts beschrijft de wet als volgt: ‘Om je je potentieel te verwezenlijken, om levensproblemen te overwinnen, om je leven vrucht te zien dragen [..] zou je moeten besluiten de goddelijke wet van de zaaier en de oogst te volgen. Zaai het zaad van Zijn beloften in de grond van jouw nood.’ En: ‘Als we een aantal dingen waar we goed in zijn, geloof, middelen en mogelijkheden nemen en we stoppen die in Hem, zoals een zaadje gezaaid wordt, krijgen we gegarandeerd een vruchtbare oogst.’5 Als je nood financieel is, is de oplossing simpelweg:  ‘Los je financiële noden op met financieel zaaigoed.’6

Dit New Thought principe van ‘zaaien en oogsten’ wordt ook nu nog onderwezen door welvaartspredikers, niet alleen in de VS, maar ook in Nederland: Men heeft een concrete schuld, een nood. Om het gewenste bedrag te kunnen ontvangen dient in geloof een geldbedrag gezaaid te worden in de akker van een vruchtbare christelijke bediening, zelfs als men dit bedrag eigenlijk niet kan missen. Dit is waar het op ‘geloof’ aankomt: geloof dat dit bedrag in veelvoud naar je zal terugkomen. De clausule is om een procent van het gewenste bedrag te zaaien zodat het honderdvoudige geoogst kan worden.

Eén van de Bijbelpassages die wordt gebruikt om dit verdienmodel te onderbouwen, is de gelijkenis van de zaaier. ‘Toen nu een grote menigte bijeenkwam en ze van alle steden naar Hem toe kwamen, zei Hij met een gelijkenis: Een zaaier ging eropuit om zijn zaad te zaaien. En toen hij zaaide, viel het ene deel langs de weg, en het werd vertrapt en de vogels in de lucht aten het op. En een ander deel viel op de rots, en toen het opgegroeid was, verdorde het door gebrek aan vocht. En een ander deel viel te midden van de dorens, en de dorens, die mee opgroeiden, verstikten het. En een ander deel viel in de goede aarde en toen het opgegroeid was, bracht het honderdvoudige vrucht voort.’ (Luk 6.4-8) En ook Markus 10,29,30: ‘Voorwaar, Ik zeg u: er is niemand die huis of broers of zusters of vader of moeder of vrouw of kinderen of akkers verlaten heeft omwille van Mij en om het Evangelie, of hij ontvangt honderdvoudig, nu in deze tijd, huizen en broeders en zusters en moeders en kinderen en akkers, met vervolgingen, en in de wereld die komt, het eeuwige leven.’ Het punt in de gelijkenis van de zaaier is dat het zaad hier het Woord van God is (Luk 6.11) en niet een in geloof gegeven geldbedrag, de akker in deze gelijkenis is ons hart, niet een vruchtbare christelijke bediening. Eigenlijk heeft deze gelijkenis helemaal niets met financiën van doen. Toch is dit wat de welvaartsprediker leert: ‘De manier om dit [een schuld] op te lossen is een zaadje te zaaien, want je zaait jezelf uit de schuld,’ aldus Benny Hinn. ‘Ik vraag velen van jullie om $120 te zaaien. Weet je waarom?’ onderbouwt Hinn: ‘Het getal honderdtwintig is het getal van bevrijding en vrijheid: honderdtwintig dagen was Noach in de ark, dat betekent het einde van het oordeel en het begin van zegeningen. Honderdtwintig bazuinen in het oude verbond. Honderdtwintig in het bovenvertrek.’7 Tja.

Daarnaast zijn ook Galaten 6.7 en 2 Korinthe 9.6  graag gebruikte Bijbelteksten: ‘..want wat de mens zaait, zal hij ook oogsten’ en ‘wie karig zaait, zal ook karig oogsten; en wie zegenrijk zaait, zal ook zegenrijk oogsten.’ De eerste tekst heeft betrekking tot het vlees en de Geest: wanneer een christen zaait in het vleselijke (hebzucht, haat, jaloezie), oogst men bederf, zaait men in de Geest, oogst men eeuwig leven- vers 8. Opnieuw geen financieel zaadje en ook geen akker van een christelijke bediening. In de tweede Bijbeltekst kan het zaaigoed wel een geldbedrag vertegenwoordigen, maar is de oogst Gods zegen.

Naast het feit dat dit zaaien en oogsten principe niet Bijbels te onderbouwen is, is het tenminste typisch te noemen dat predikers van deze Word of Faith doctrine hun toehoorders aanmoedigen om te zaaien in de akker van hun eigen bediening. Die bediening staat dan gelijk aan Gods koninkrijk. Als men zaait verzamelt men niet alleen een oogst, maar krijgt men ook toegang tot bepaalde privileges, zoals de belofte van persoonlijk gebed door de prediker, het ontvangen van materiaal zoals boeken, proclamatiekaarten en goodies, die in essentie worden betaald door schapen uit de kudde die hun financiële zaadjes eerder al toevertrouwden aan de welvaartsprediker.

Heeft u een nood? Maak die in de eerste plaats aan God bekend in gebed. ‘Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God.’ (Fil 4.6) ‘Maar mijn God zal u, overeenkomstig Zijn rijkdom, voorzien van alles wat u nodig hebt, in heerlijkheid, door Christus Jezus.’ (Fil 4.19) Zoek zo nodig steun bij een medegelovige.

Wilt u iets aan God geven? Gods koninkrijk kent geen ‘voor wat hoort wat’: als we willen geven, geven we blijmoedig, niet met de verwachting terug te krijgen, anders zou het geen gift zijn. Met niets kwamen wij in deze wereld en met niets zullen we hier weer vertrekken (1 Tim 6); alles dat we hebben kregen wij van God. Het beste offer dat wij kunnen brengen is ons overgegeven leven, gehoorzaamheid aan God. (1 Sam 15.22)

Foto’s: oogsttijd Ethiopië, linksonder Think and Grow Rich van Napoleon Hill, rechtsonder tijdschrift Abundant Life van Oral Roberts